Magnum Opus is het verhaal over de paranoïde, wereldvreemde journalist Knoert van Effersneg die zeker denkt te weten dat hij de domste persoon op aarde is. Na een bizarre ontmoeting met de intellectueel Kont Van der Parren, een bioloog die verboden experimenten uitvoert met honden en door de pers “de Joseph Mengele van het hondenrijk” wordt genoemd, raakt Knoert op slag verliefd op Van der Parrens’ assistente en onderneemt vervolgens van alles om opnieuw met haar in contact te komen. Daarvoor moet hij zich echter wel eerst een weg banen langs Van der Parrens’ intellectuele vriendenkring van wetenschappers, schrijvers en kunstenaars. Knoerts’ wanhopige pogingen om als “domste persoon op aarde” aansluiting te vinden bij “de intellectuelen” leiden tot lachwekkende taferelen waarin Knoert meer en meer verstrikt raakt in zijn eigen waandenkbeelden en paranoia.
Ik wou dat ik een varken was!
Centraal in het verhaal staat het Feest van de Feiten, een door Kont van der Parren groots opgezet feest waar de Absolute Waarheid wordt gevierd. Hier komt Knoert in contact met Joglor Taargstang, een volledig in zichzelf gekeerde boekenwurm die het liefst zou willen dat hij een varken was. Het vermogen van de mens om na te kunnen denken over het leven ziet Joglor als een obstakel omdat het volgens hem de mens ervan weerhoudt een zorgeloos bestaan te leiden; Terwijl de mens beseft dat het leven zinloos is en zich bewust is van zijn sterfelijkheid, wroet een varken vrolijk en zorgeloos in de modder, niet wetend dat hij op korte termijn in een Big Tasty Bacon hamburger zal eindigen. Omdat het zich niet bewust is van de waanzin van het leven is een varken dus beter af, aldus Joglor.
Ondanks dat Knoert de zwaarmoedige Joglor omschrijft als “die vent met dat eeuwige smoel waar de ellende van af druipt” herkent hij ook veel van zichzelf in hem.
Sadisme
In feite is Magnum Opus een boek over pijn, hier en daar geïnspireerd op de werken van “de filosoof van het Kwaad” Georges Bataille en zijn intensieve studie van de schandalige pennevruchten van de Markies de Sade: Sadisme, een woord dat ook is afgeleid van de naam van De Sade, is het hoofdthema van Magnum Opus. Knoert raakt gefascineerd door het idee dat het mogelijk moet zijn om van zijn pijn te kunnen genieten, maar dit experiment eindigt helaas desastreus.
Het verhaal wordt in Magnum Opus voor een belangrijk deel verteld in tekstbalken; Zo besteedde ik veel tijd aan Knoerts’ voortdurende angst- en waandenkbeelden. Zijn zenuwinstortingen worden over meerdere plaatjes verdeeld, met lange teksten die beschrijven wat er in zijn hoofd omgaat. De actie in het verhaal is minimaal.
Daarnaast zijn het vooral ook de dialogen die het verhaal dragen, daarom nam ik voor de uitgebreide gesprekken ruim de tijd. Het beschrijven van de atmosfeer tijdens de dialogen was van groot belang: De karakters roken ontspannen de ene sigaret na de andere en op asbakken, koppen koffie en sigarettenrook wordt voortdurend flink ingezoomd. Zelfs als jeuk en de behoefte om te krabben voor een tijdelijke onderbreking zorgt in de dialoog, wordt dit in groot detail, en over meerdere pagina’s verspreid, in beeld gebracht. Zo wordt in Magnum Opus regelmatig de aandacht afgeleid door totaal irrelevante zaken, maar geeft het een erg realistisch en filmisch effect.
Veel scenes en dialogen in Magnum Opus zijn gebaseerd op eigen ervaringen in café’s en op kunstenaarsfeesten. Sommige karakters bestaan dan ook echt en veel dialogen hebben zelfs werkelijk plaatsgevonden. Zo is bijvoorbeeld het karakter Joglor Taargstang, die zou willen dat hij een varken was, een werkelijk bestaand personage al heette hij in het echt (uiteraard) anders. Truth is stranger than fiction, zeker in het uitgaans- en kunstenaarscircuit. Zo ook in Magnum Opus.